Politiek en bedrijfsleven: “Schoenmaker, blijf bij je leest en tref elkaar”

Zoals in een goed huwelijk is het ook in de relatie tussen bedriiven en gemeente: zoeken naar de weg om bij elkaar te blijven en de relatie sprankelend te houden. Zo ook in de gemeente Groningen wanneer er een nieuw stadsbestuur aantreedt. Lopende zaken vragen om een vervolg, de politiek heeft beloftes gedaan in verkiezingsperiodes en dan is niet de opgebouwde relatie, maar het nieuwe collegeprogramma leidend, dat uiteraard vaak volstaat met mooie volzinnen over samenwerken met burgers en bedrijven.

Het is op dit moment zoeken naar de juiste toon, maar in de raadsvergaderingen wordt regelmatig gesproken over ondernemers waarvan ik denk: “Praat je alleen over ondernemers of ook met de hardwerkende ondernemers?”

Misperceptie en misverstanden stapelen zich op. De falende markt, de ‘graaiers’, de pandjesbazen en vooral de gedachte dat de gemeente alles zelf moet doen. Schoonmakers in eigen dienst nemen, het opstarten van een gemeentelijk energiebedrijf, gemeentelijke laadpalen en nu ook onderzoek naar gemeentelijk deelvervoer.

Het is allemaal in studie en ontwikkeling, terwijl op andere plaatsen het wiel allang is uitgevonden en Groningen nou niet bepaald voorop loopt. Het is niet overal zo dat de poen (zoals een wethouder dat placht te zeggen) naar de aandeelhouders vloeit, maar verdeeld wordt onder de stakeholders.

Er lijkt weinig oog te zijn voor de waarde van de kennis, creativiteit, de schaalvoordelen, menskracht en ervaringen die bedrijven elders hebben opgedaan. Bovendien zijn marktpartijen nog lang niet overal succesvol en heeft dit ook de nodige investeringen en lange termijnvisie gevraagd. Ondernemen met gemeenschapsgeld is nu eenmaal geen weg naar gegarandeerd succes, hoewel de belofte natuurlijk mooi is.

Op veel gebied wordt succesvol samengewerkt met de gemeente, en hebben ondernemers, gemeente en provincie elkaar hard nodig. Denk hierbij aan de bekende invulling van ‘schoon, heel en veilig’, maar ook bij de energie aanpak, de uitdagingen op de arbeidsmarkt, de campus ontwikkeling en de upgrade van de bedrijventerreinen, de bundeling van krachten rondom de circulaire economie, de stadsmarketing, het bereikbaar houden van de Groningen en de dynamiek rondom de bruisende binnenstad, om maar een paar thema’s te noemen.

Veel van deze onderwerpen pakken de gemeente en georganiseerde ondernemers graag op en stemmen dit af in de Economische Koepel.

Maar in het nieuwe politieke klimaat weten raadsleden opeens beter dan de ondernemers wat vruchtbare verdienmodellen zijn, en zijn de moedige ondernemers van ‘Broodje van eigen deeg’ al opgegeven. Pijnlijk, omdat deze ondernemers juist willen werken en knokken voor hun concept. Juist dit soort speciaalzaken zijn de extra kers op de taart voor de bruisende en leefbare binnenstad.

Ook over de invoering van betaald parkeren of vergunningen voor bevoorrading in de binnenstad is er geen voorafgaand overleg geweest, waardoor er een hoop ruis is ontstaan en gemeente en ondernemers elkaar niet ontmoeten. Het is allemaal te voorkomen met goed overleg aan de voorkant.

Een grote groep ondernemers vraagt zich af of het stadsbestuur zich wel realiseert waar ondernemers zich dagelijks mee bezig houden en met welke uitdagingen zij geconfronteerd worden naast het runnen van hun eigen bedrijf.

Corona is achter de rug, maar veel ondernemers hebben nog te maken met de naweeën, waaronder de betaling van opgeschorte belastingen. Daarnaast heeft iedereen te dealen met de fors gestegen energieprijzen, het inflatiespook en de krappe arbeidsmarkt.

Als je dan met een voorstel komt om reclamebelasting te gaan heffen, dan is er weinig gevoel voor de situatie van ondernemers. Zeker niet wanneer de netto opbrengst in de gemeentekas vloeit en je kiest voor een belasting met 30 procent aan uitvoerings- en beheerskosten. Uiterst onverstandig om ook hier aan de voorkant geen overleg over te voeren. Het lijkt erop dat de linkerhand binnen het College niet weet wat de extreem linkse hand doet.

Ik heb het gevoel dat er nogal wat vooroordelen leven over ondernemers. Ik hoor de kritiek is op sommige grote ondernemingen zoals Shell, Rabo, Tata Steel etc, maar dames en heren politici: pas er een beetje mee op dit af te reageren op lokale ondernemers!

De meeste ondernemers in Groningen zijn gedreven en gemotiveerd, overigens niet alleen om hun klanten in Groningen te bedienen, maar ook verder in Europa en er zijn vele internationaal opererende bedrijven vanuit Groningen. Goed voor onze werkgelegenheid (of moet ik tegenwoordig zeggen brede welvaart) en goed voor de wereld. De meeste ondernemers zijn intensief bezig met thema’s als duurzaamheid, circulariteit, nieuwe voeding etc. Dat moeten toch iedereen aanspreken. Groningen doet ertoe en er wordt gewerkt aan betere wereld van morgen. Bedrijven zullen ook wel moeten, want ook zij kennen de uitdagingen in de wereld van morgen en de daarbij behorende regelgeving.

Kortom: bestuur, politiek en bedrijfsleven hebben hun eigen rol met eigen verantwoordelijkheden. Natuurlijk mag je elkaar aanspreken, maar uiteindelijk  maakt iedereen zijn/haar eigen keuzes. Ondernemers veranderen en passen zich aan, maar ook ondernemers willen niet veranderd worden. Met respect en begrip voor elkaar en ieders eigen verantwoordelijkheid kunnen we dezelfde doelen nastreven. Schoenmaker, blijf bij je leest. Gemeente en ondernemers kunnen elkaar prima in eigen waarde laten en toch samen werken aan de wereld van morgen.

Ondanks alle gedoetjes gaat het relatief goed met de Gemeente Groningen. De samenwerking, die de laatste jaren wel degelijk veel heeft opgeleverd, staat onder druk, maar dat is oplosbaar, wanneer we dat samen willen.

Ik ben er trots op dat ik me voor het Groningse bedrijfsleven in mag zetten, vooral wanneer dat kan leiden tot een voor de hele gemeente vruchtbare samenwerking.

Klaas Holtman, voorzitter Bedrijvenvereniging WEST

Bron: Groninger Internet Courant